Verwarm de oven voor op 180 graden en leg een bakplaat met bakpapier klaar
Schil de knolselderij en snij in blokjes van ongeveer 1x1 cm. Leg de blokjes op de bakplaat en besprenkel met truffelolie. Bak de knolselderij ongeveer 20-30 minuten in de oven.
Snij intussen de ui fijn en bak deze in wat olijfolie en roomboter glazig. Voeg de orzo toe en bak de deze ongeveer 1-2 minuten totdat het glazig oogt. Blus af met een flinke scheut groentenbouillon en blijf goed roeren. Zet je pan nu wat lager, op middenhoog vuur. Als je bouillon verdampt is, giet je wat nieuwe bouillon bij de rijst totdat deze net onder water staat. Roer de rijst goed door en laat de bouillon opgenomen worden door de rijst. Als de rijst weer bijna droog staat, herhaal je deze stap met opgieten van de bouillon net zo lang totdat de rijstkorrels gaar zijn. De rijst mag een lichte bite hebben. Dit duurt meestal zo’n 15 minuten. Is je bouillon eerder op? Maak dan nog wat nieuwe bouillon, zoveel totdat je rijst gaar is.
Voeg de creme fraiche en de tijmblaadjes toe aan de orzo. Breng zo nodig op smaak met zout en peper.
Voeg 3/4 van de knolselderij toe aan de orzo. Garneer met wat blokjes knolselderij, tuffelolie en parmezaanse kaas. Eet smakelijk!
Notities
Knolselderij heeft een milde smaak, dus doet het vaak goed bij kinderen. Houdt jouw kind niet van stukjes? Rasp ipv snij dan de knolselderij in de keukenmachine of met een handrasp. De geraspte knolselderij hoef je niet te grillen in de oven, maar voeg je toe aan de orzo, voordat je begint met het opgieten van de bouillon. Zo kookt de groente mooi gaar tegelijk met je rijst.